Ga naar de inhoud

“Levend groen wordt weer meer en meer het kloppend hart van tuincentra”

Tags:

2023 loopt op zijn einde. Het ideale moment om te analyseren hoe het jaar voor de tuincentra verliep en na te gaan wat 2024 en de daaropvolgende jaren brengt. Daarvoor konden we bij niemand beter aankloppen dan Dirk Ballekens, directeur bij de Belgische Tuincentra Vereniging (BTV). Hij registreerde een jaar waarop de tuincentra al bij al tevreden kunnen terugkijken, al plaatst hij daar meteen een grote ‘maar’ bij. Voor de toekomst ziet hij kennis als dé troef bij uitstek voor tuincentra, maar waarschuwt hij ook voor de duurzaamheidsuitdaging en de steeds uitvoerigere wetgeving, die als een molensteen om de nek van tuincentrumuitbaters hangt.

Voorzichtig positief
“Met gemende gevoelens”, antwoordt Dirk Ballekens op de vraag hoe hij terugblikt op het afgelopen jaar in de Belgische tuinretailbranche.
“Enerzijds verheugt het me dat we eindelijk terug in rustiger vaarwater zijn beland, nadat we achtereenvolgens met de coronapandemie, de oorlog in Oekraïne en de energiecrisis werden geconfronteerd. Bovendien hebben de meeste tuincentra commercieel gezien een positief jaar achter de rug: ze behaalden een gelijkaardig omzetniveau als in 2022 of kwamen daar zelfs een tikkeltje bovenuit. Anderzijds roepen die stabiele of licht toegenomen omzetcijfers zeker geen hoerastemming op. Daarvoor zijn helaas de uitbatingskosten van tuincentra te fors gestegen. Naast de hoge energieprijzen worstelen talloze uitbatingen met de automatische loonindexering: de personeelskosten zijn op nauwelijks 3 jaar met meer dan 20% opgelopen en dat weegt natuurlijk sterk op de rentabiliteit van de tuincentra. Dat brengt ons meteen bij de factor ‘inflatie’. Die duwde niet alleen de lonen maar ook het prijsniveau de hoogte in. Daarom moeten we de omzetcijfers van 2023 met enige nuance bekijken: de positieve resultaten in waarde betekenen niet zomaar goed nieuws, want in sommige productgroepen camoufleren de prijsstijgingen een volumedaling. Dit maakt dat een ‘down-to-earth’-mentaliteit op zijn plaats is na de euforie van de coronajaren 2020 en 2021, die echt een godsgeschenk waren voor onze sector en ongeziene omzetten en winsten meebrachten voor de Belgische tuincentra. Daarom is het beter om te vergelijken met de pre-coronajaren en dan zijn we genoodzaakt om 2023 als een vrij neutraal jaar te bestempelen.”

Levend groen heeft wind in de zeilen
Voorts noteert Dirk Ballekens een duidelijke discrepantie tussen de verschillende productgroepen die in een tuincentrum terug te vinden zijn.
“Levend groen, de corebusiness van een tuincentrum, scoorde heel erg goed het afgelopen jaar. Zeker het voorjaar was erg succesvol. In mei was er zelfs een tekort aan groenteplanten, zoals tomaat en paprika. Alleen de verkoop van buitenbomen en hagen bleef in het najaar wat onder de verwachting door het natte weer in oktober en november. Een heel ander verhaal noteerden we bij de productgroepen, die we onder de noemer ‘grote stukken’ kunnen catalogeren, zoals tuinmeubels, barbecue, luxedecoratie en potterie. De weersomstandigheden waren niet ideaal, waardoor de consument weinig kon ontspannen of relaxen op zijn/haar terras. Dat had dan ook een duidelijke impact op de afzet van bovengenoemde referenties, die dan ook stroef verliep. Bovendien werden deze items in de coronaperiode massaal aangekocht en moeten we die hausse nu uitzweten. Vaak zijn het ook artikelen die niet jaarlijks worden aangeschaft, terwijl dat bij veel planten en éénjarigen wel het geval is. Dat maakt dat tuincentra voor het seizoen 2024 een behoedzaam aankoopbeleid voeren bij die zogenaamde ‘grote stukken’. Gedurende meer dan 30 jaar kozen tuincentra voor brancheverbreding en werd het levend groen enigszins naar de achtergrond geduwd. Maar nu zijn we toch echt op een kantelpunt aanbeland en verschuift de focus toch weer voorzichtig naar planten en bloemen. We mogen deze evolutie zeker niet generaliseren, maar het is toch een opvallende tendens. Dat merkten we ook tijdens onze laatste BTV-reis toen we diverse Duitse tuincentra bezochten. Gartencenter Kremer uit Remscheid bijvoorbeeld besloot recent om bij een make-over van de zaak de barbecue-afdeling volledig stop te zetten en zich volledig op levend groen te richten.”

Verschil maken met kennis
Dirk Ballekens ziet nog een opvallende ontwikkeling: op het vlak van levend groen draagt de consument het fysieke verkooppunt weer meer op handen. Dit weerspiegelt zich in een lichte daling van de verkoop van bloemen en planten via e-commerce.
“De klant wil deze referenties voelen, zien en ruiken. Bovendien wil men echt over deze producten geïnformeerd worden en waar kan de consument daarvoor beter terecht dan bij de groenexpert bij uitstek, namelijk de tuin- en plantencentra. Zij hebben uitvoerige kennis in huis en kunnen de tuinliefhebber adequaat adviseren en begeleiden in hun aankoopgedrag. Ook de klimaatverandering biedt tuin- en plantencentra talrijke opportuniteiten om hun expertise en knowhow uit te spelen. Duurzaamheidsinitiatieven van de Vlaamse overheid, bijvoorbeeld ‘Wip een tegel’, ‘De Week van de Bij‘ of de ‘Nationale Boomplantdag‘, doen (jonge) consumenten steeds meer nadenken over hoe ze de biodiversiteit in hun tuin kunnen stimuleren. De komende jaren zal de inrichting van onze tuinen door de klimaatopwarming grondig verschuiven. Het is aan onze tuin- en plantencentra om hen uitleg te verschaffen over hoe ze met diverse boomsoorten schaduwrijke plaatsen in de tuin kunnen creëren of welke planten resistent zijn tegen lange periodes van droogte. De aandacht voor de aspecten duurzaamheid en klimaat zal de komende jaren trouwens alleen maar toenemen. Het zal dus noodzakelijk zijn om het aanbod hierop af te stemmen.”

Investeren in een duurzame infrastructuur
Sustainability biedt niet enkel kansen, maar schotelt tuincentra ook uitdagingen voor.
“De energetische omslag wordt voor tuincentra een essentieel aandachtspunt in de komende jaren. Ze zullen genoodzaakt worden om hun infrastructuur te verduurzamen, nu overheden steeds meer fossiele brandstoffen bannen. Nederland en Scandinavië tellen al diverse tuincentra die nagenoeg volledig klimaatneutraal opereren. In ons land moet er duidelijk nog een inhaalbeweging worden gerealiseerd. Er zal dus fors geïnvesteerd moeten worden in de installatie van warmtepompen, zonnepanelen, waterrecuperatie, extra isolerend glas en noem maar op. Die kost uiteraard handen vol geld. Voor een kleinere minderheid van de tuincentra zal dit een sprong te ver blijken en die zullen langzamerhand uitdoven. Het zal vooral gaan om 3 soorten uitbatingen: zaken die extreem landelijk gelegen zijn en over een verouderd pand beschikken, winkels die geen opvolging hebben en zonevreemde tuincentra. Anderzijds merken we ook een geleidelijke consolidatie op in de tuinretailbranche. Een duidelijk voorbeeld hier is de overname van de twee Pelckmans-vestigingen en van Les Pieds dans l’Herbe (Jardinerie Delbard) uit Frameries door Oh’Green. Anderen versterken hun marktpositie dan weer door een extra filiaal te openen, zoals Tournesols dat nu ook een tuincentrum in Namen uitbaat”, aldus Dirk Ballekens.

Wetgevende druk
Daarnaast stelt Dirk Ballekens vast dat de steeds striktere wetgeving het runnen van een tuincentra alsmaar complexer maakt.
“Het is noodzakelijk om in te zetten op duurzaamheid en milieuvriendelijkheid voor het behoud van onze planeet. Maar voor tuincentra is het vaak geen evidentie om te schakelen en zo te voldoen aan de steeds groter wordende sneeuwbal aan milieuregels, die op hen af komt gedenderd. De laatste jaren hadden verschillende milieuwetgevingen al een serieuze impact op onze sector. Denk hierbij maar aan de reductie van het gamma bestrijdingsmiddelen, de druk op turf of het beheer van de afvalstromen. Of heel recent aan het verbod op bewust toegevoegde microplastics dat de Europese Commissie invoerde. Hierdoor werden losse glitters sinds 15 oktober jl. meteen verboden. Dit heeft een gigantische impact op de aanbieders van kerstmateriaal die niet geraadpleegd werden, maar nu wel in een ijltempo op zoek moeten naar alternatieven voor het seizoen 2024.”

Personeel a.u.b.!
“Tot slot is en blijft de zoektocht naar geschikte medewerkers een heikel punt en dat zal gezien de sociodemografische ontwikkeling, waarbij onze bevolking steeds ouder wordt, niet snel veranderen. Gelukkig kunnen de tuincentra nog beroep doen op jobstudenten en flexijobs om bij te springen, maar zelfs dan nog wordt het een steeds nijpender probleem om de vacatures ingevuld te krijgen”, besluit Dirk Ballekens.

Share