Ga naar de inhoud

Huisdierbezit in Nederland stijgt met 2% tijdens coronaperiode

Nu de coronapandemie op haar retour is, maakten Dibevo en de Nederlandse Voedingsindustrie Gezelschapsdieren (NVG) langzaam de balans op welke invloed deze crisis had op het huisdierbezit in Nederland. Over de jaren 2020 en 2021 – dus sinds het begin van de pandemie – is het aantal gezinnen dat een huisdier bezit met bijna 2% toegenomen. Concreet houdt dit in dat er nu ruim 150.000 huishoudens met een huisdier zijn bijgekomen. In de coronaperiode namen ongeveer 80.000 huishoudens een hond in huis. Dat blijkt uit jaarlijkse huisdierenpopulatie-onderzoek die beide organisaties door I&O Research lieten uitvoeren.

Bijna alle respondenten (93%), dus ook de mensen die geen huisdier hebben, zijn het (helemaal) eens met de stelling dat huisdieren bijdragen aan het verminderen van eenzaamheid. Een groot deel (88%) vindt ook dat huisdieren goed zijn voor de mentale of fysieke gezondheid van mensen. Driekwart vindt dat huisdieren goed zijn om kinderen verantwoordelijkheidsgevoel te geven. Van de Nederlanders met een huisdier vindt 75% dat huisdieren een maatschappelijke rol hebben. Van de Nederlanders zonder een huisdier is 54% het hier (helemaal) mee eens.

Toch staan al deze factoren niet op nummer 1 bij de vraag ‘Wat zijn de redenen om een huisdier te nemen?’ Veruit de meeste mensen noemen ‘gezelligheid’ als voornaamste reden om een huisdier te nemen. En dat geldt voor alle huisdieren, dus ook voor vissen, maar bij hond en kat wordt gezelligheid wel het vaakst (86%) genoemd. Bij de hond staan verder ‘onvoorwaardelijke vriendschap’ en een ‘actievere levensstijl’ in de top 3. Bij vissen en sier-/zangvogels wordt na gezelligheid het mooie uiterlijk van de dieren genoemd als reden.

Tijdens de coronacrisis, dus in de periode 2020-2021, hebben 80.000 huishoudens een hond genomen. In het begin van de coronaperiode waren veel mensen thuis, waardoor ze de hele dag voor hun hond konden zorgen. Door verschillende versoepelingen kunnen mensen steeds vaker weer op pad, maar hoe zorgen ze dan voor hun trouwe viervoeter? Vier op de tien Nederlandse huishoudens geven aan dat er altijd wel een lid van het huishouden thuis is om voor de hond te zorgen, terwijl 30% zegt dat hun hond alleen thuis kan blijven tijdens een periode van afwezigheid. Wanneer een hond opgevangen wordt door iemand buiten het huishouden, is dit voornamelijk door familie, vrienden of buren (22%). Tot slot is een op de vijf zelden of nooit een dag van huis.

Wanneer huishoudens met een hond gevraagd wordt hoe zij aan hun meest recente hond zijn gekomen, noemt het grootste deel een fokker in Nederland (41%). Een online-advertentie (20%) en familie of vrienden (13%) staan op twee en drie als voornaamste aankoopkanalen. Zo’n 8% geeft aan dat hond is aangeschaft via een fokker in het buitenland.

Onder huishoudens met katten ziet de top drie er anders uit. De grootste groep (een derde) heeft hun kat verkregen via familie of vrienden. Een op de vijf heeft hun kat geadopteerd uit een dierenasiel of zwerfdierenopvang in Nederland. De top drie wordt compleet gemaakt door het aanschaffen van katten via een online-advertentie (20%).
Bij de aankoop van aquariumvissen, knaagdieren en sier-/zangvogels is de dierenspeciaalzaak het belangrijkste aankoopkanaal. Vijvervissen worden het vaakst aangeschaft in een tuincentrum. Nog geen drie op de tien (29%) konijnen wordt aangeschaft in een dierenspeciaalzaak. Een iets grotere groep huishoudens (30%) kreeg hun meest recente konijn van familie of vrienden of via een online advertentie (19%). Vier procent kocht het konijn in een tuincentrum met dierenafdeling.

Share